Prunus dulcis/amara
PRUNUS DULCIS (Mill.) D.A. Webb – AMANDEL
Synoniem: Prunus amygdalus (L.) Batsch
PRUNUS DULCIS (Mill.) D. A. Webb. var. amara (DC) H.L. Moore – BITTERE AMANDEL
Synoniem: Prunus amygdalus (L.) Batsch var. amara (Ludwig ex DC.) Focke
PRUNUS DULCIS (Mill.) D.A. Webb. var. dulcis – ZOETE AMANDEL.
Synoniem: Prunus amygdalus (L.) Batsch var. dulcis (Borkh. Ex DC.) Koehne.
Algemene synoniemen: bittere amandel: Prunus dulcis var. amara
zoete amandel: Prunus dulcis var. dulcis
Familie: rosaceae. Gebruikt deel: pitten. Stoomdestillatie van de pulp na het verwijderen van de vette olie. De pulp wordt 12 uur geweekt in water en dan gedestilleerd met stoom; tijdens dit proces wordt de blauwzuur gevormd. Olieopbrengst 0.5-0.7%. Soortelijk gewicht 1.060-1.070 bij 15°C. Kookpunt 180°C. Optisch niet actief. Oplosbaar in 300 delen water bij 15°C en in alcohol en ether. Een heldere, kleurloze tot lichtgele olie met een typische aromatische marsepein geur en een bittere, brandende smaak. De meeste olie wordt gerectificeerd om het blauwzuur te verwijderen.
Deze wordt gebruikt in de voedings-middelenindustrie evenals tegenwoordig dikwijls synthetische benzaldehyde.
Inheems in Centraal Azië en het Oostelijke Middellandse Zeegebied. Hier is de boom al meer dan 3000 jaar gecultiveerd, maar al veel langer in gebruik. Archeologische vondsten hebben aangetoond dat ze al in het Stenen Tijdperk in Griekenland en Klein Azië bekend waren, evenals in het Bronzen Tijdperk. Amandel werd gevonden in de graftombe van Tutankhamon 1325 v. Chr., waarschijnlijk geïmporteerd uit de Levant. Waarschijnlijk het oudste cultuurfruit dat bekend is, genoemd in de Bijbel en al in de 4e eeuw voor Christus gecultiveerd door de Romeinen. Ze noemden de amandel de Griekse noot: nux graeca.
Waarschijnlijk zijn de bomen langs de oude zijdenroute van China door handelaren naar Europa en het Midden Oosten gebracht. Spaanse monniken brachten de amandelboom in de 17e eeuw naar Californië en de proffesionele teelt van amandelen is begonnen in de 19e eeuw. Belangrijke exportgebieden zijn er in Spanje, Italië en Californië. Wereldproductie 1.5 miljoen ton gemiddeld per jaar.
De amandelboom groeit ongeveer tot 7 meter hoog en wordt in vele tuinen geplant om de rozeachtige of witte bloesem. In Spanje en Zuid Frankrijk hebben we plantages die in februari een lust voor het oog vormen. De boom heeft een open kroon. In het wild doornige takken en een grijze bast.
De bladeren zijn langwerpig en lancetvormig, de randen gezaagd en donkergroen van kleur. Uit de oksels van de voorjaarsbladeren komen drie knoppen, waarvan er twee bloemknoppen zijn, die zich in het najaar gaan ontwikkelen en in februjari bloeien, met paarsgewijze bloemen. Het is een eenhuizige boom die door insecten wordt bestoven en hij bloeit in februari-maart op een beschutte plaats in de volle zon. Hij bevat veel nectar en wordt druk bezocht door insecten. In Californië worden in februari 1 miljoen bijenkorven uitgezet.
De kern van de steenvrucht zit goed ingepakt, in drie lagen: een donzige, leerachtige laag met geelbruine noten, bezet met ondikepe puntjes. De eigenlijke amandelpit wordt omgeven door een vliesje. Van midden augustus tot oktober kan het omhulsel openbreken, waardoor de amandelpit er uitvalt. Het is geen noot, maar een steenvrucht, zoals de kers, perzik, pruim, abrikoos. Tijdens de zomer gaat de bloem zich ontwikkelen tot een grijsgroene, fluweelachtige, behaarde steenvrucht, die op een perzik lijkt.
In de volksgeneeskunde wordt het zaad/de olie, gebruikt bij kanker (blaas, borst, mond, milt en baarmoeder), carcinomen, condylomata (genitale wratten), eelt, tumoren. (Hartwell 1967-1971).
Duke and Wain 1981 geven aan dat het zaad en de olie de volgende eigenschappen bezitten: alterative (gezondheidsherstellend), adstringent, carminatief, cyanogenetisch, demulcent, diuretisch, emolliënt, laxatief, sedatief, nervinum, stimulant, tonisch, lithontryptisch (steenoplossend in urinewegen). Verder gebruikt in de volksgeneeskunst bij astma, verkoudheid, eelt, dyspnea, gingivitis, maagzuur, jeuk, longproblemen, huidproblemen, spasmen, stomatitis, zweren, prurigo (prurigo nodularis PN, zeldzame, chronische jeukende huidaandoening).
We onderscheiden drie soorten:
De zoete amandel: Prunus dulcis var. dulcis is slechts gering giftig en is de grondstof voor marsepein, zoetigheid, voedingsmiddelen en cosmetica. De pitten kan men ook rauw of licht geroosterd eten.
Witbloeiende amandelbomen geven zoete amandelen. De zoete amandelolie of niet vluchtige olie wordt zowel van de zoete- als de bittere amandelboom geperst. Deze olie anders dan de etherische olie bevat geen benzaldehyde of blauwzuur en wordt cosmetisch en medicinaal gebruikt
Inheems in West-Azië en Noord-Afrika. Gecultiveerd in het hele Middellandse Zeegebied, Israël en Californië. Deze amandelen zijn zoet-aromatisch, en meestal komen ze geschild op de markt.
De zoete amandel produceert geen etherische olie, maar is de grondstof voor amandelolie. Ook kunnen de amandelen worden gegeten of als decoratie gebruikt worden. De zoete amandelolie is vet en bestaat voornamelijk uit triglyceriden. Dit zijn esters van glycerol en drie vetzuren: palmitine-, olie- en alfa-linoleenzuur.
De bittere amandel (var. amara) bevat 50% vette olie. Niet geschikt voor consumptie, want hij bevat 5% amygdaline. Tijdens de spijsvertering ontstaat het giftige, dodelijke blauwzuur of cyaankali. Er wordt bitteramandelolie van gewonnen, gebruikt om gebak te aromatiseren, likeuren zoals Amaretto en in de farmaceutische industrie. De meeste commerciële olie wordt gezuiverd van blauwzuur (FFPA). Roze bloeiende amandelbomen geven bittere amandelen. Er wordt een essence geproduceerd, door gemalen bittere amandelen met water te destilleren. Eerst kan de vette olie worden geperst, de pulp enkele uren in water gezet en dan gedestilleerd. De essence bestaat min of meer uit pure benzaldehyde en 3% hydrocyanic acid. De smaak is zeer bitter. Amydaline in de bittere amandel geeft samen met water en het enzym emulsine het hoogst giftige blauwzuur. Bittere amandelen (7-10) zijn dodelijk voor kinderen, (30-70) voor volwassenen. Door ze te koken of te verwarmen verdwijnt het blauwzuur en zijn ze niet meer schadelijk voor de gezondheid. De bittere amandel is iets kleiner dan de zoete amandel.
De zogenaamde kraakamandelen met een dunne, gemakkelijk breekbare schil. Verder lijken ze op de zoet amandel.
De amandelen kunnen verder nog aflatoxine bevatten, veroorzaakt door Aspergillus flavus en Aspergillus parasiticus. Aflatoxine kan men opsporen door UV-licht te gebruiken. Ook zijn ze onderhevig aan insecten, motten, torren, muizen, ratten, kakkerlakken, enz. Allergiën en amandelen gaan dikwijls samen, resulterend in het opzwellen van de keel en problemen met de ademhaling.
De boom levert ook een gom, dikwijls gebruikt als vervangingsmiddel voor tragacanth, een gom van de genus Astragalus. Dit is een viskeuze, kleurloze, smaakloze, in water oplosbaar mengsel van polysacchariden van de wortels van de plant, die wordt gedroogd en met water tot gel of pasta kan worden gevormd. Economisch niet interessant.
Het eten van de bittere amandel kan medicijnengebruik beïnvloeden, met name versterken, o.a. de pam familie (lorazepam, diazepam), barbituraten, narcotica zoals codeine, antidepressiva en alcohol.
Werkzame bestanddelen:
Amandelen bevatten ongeveer 70% enkelvoudig onverzadigde en 30% verzadigde vetzuren en veel vitamine E. Hoe bitterder ze smaken, des te giftiger zijn ze. Het eten van 40-70 bittere amandelen kan de volgende symptomen geven: hoofdpijn, duizeligheid, spiercontracties, ademhalingsstoornissen en plotselinge dood.
Amandelen bevatten: aminozuren, vitaminen, mineralen, suiker, sucrose, slijmstoffen, phytosterolen, en verder: 1-decanol – 24-methyleencycloartenol – aldobiouronidezuur – a-linoleenzuur – ascorbinezuur – aspartinezuur – b-caroteen – b-sitosterol – koffiezuur – campesterol – cresol- daucosterol – eugenol – geraniol – linoleenzuur – myristinezuur – coumarinezuur – palmitinezuur – phenylethylalcohol 95% benzaldehyde en 3% blauwzuur.
De bittere amandel bevat tot 5% amygdaline. De amandelen bevatte laetrile (vit. B17), verboden door de FDA in Amerika en in Europa.
Analyse Dr. Duke:
100 gram zaad: 547-605 gr. caloriën – 4.7-4.8 gr. H2O – 16.8-21 gr. proteine – 54.1-54.9 gr. vet – 17.3-21.5 gr. koolhydraten – 2.6-3 gr. fiber – 2-3 gr. as – 230-282 mg calcium – 475-504 mg fosfor – 4.4-5.2 mg ijzer – 4-14 mg natrium – 432-773 mg potassium – b-caroteen – 0.24-0.25 mg thiamine – 0.15-0.92 riboflavine – 2.5-6 mg niacine – sporen ascorbic acid. Het zaad bevat verder folic acid – a- en y-tocopherol. Globuline, amandine met 11.9% arginine – 1.6% histidine – 0.7 lysine – 2.5% phenylalanine – 4.5% leucine – 0.2% valine – 1.4% tryptofaan – 0.7% methionine – 0.8% cystine.
Vetzuur compositie: 1% myristic acid – 5% palmitic acid – 77% oleic acid – 17% linoleic acid. Zoete amandelolie uit Kashmir: 0.2% myristic acid – 8.9% palmitic acid – 4% stearic acid – 62.5% oleic acid – 24.4% linoleic acid.
De essentiële olie bevat 81-93% benzaldehyde en hydrocyanic acid (blauwzuur). De ingestie van 7.5 ml is dodelijk.
Hydrolyse van de gom levert; L-arabinose – 2 delen D-xylose – 3 delen D-galactose en 1 deel glucoronic acid.
Specifiek werkzaam:
Anesthetisch – narcotisch –
spasmolytisch – wormverdrijvend.
Contra indicatie:
Blauwzuur of cyanide en benzaldehyde zijn giftig.
Wordt in de aromatherapie niet gebruikt.
Bron: Bomen voor de tuin: de amandelboom of Prunus dulcis. B. Kahlert.
Sorting Prunus names.
Stem der bomen: Amandel – Prunus dulcis. stemderbomen.nl
Gernot Katzer’s Spice Pages Almond (Prunus dulcis (Mill.) D.A. Webb.)
E. Zimmermann Aromatherapie für Pflege- und Heilberufe.
TIS Transport Information Service: Almonds.
Botanikus.de Giftpflanzen: Bittere Mandel. Prunus dulcis var. amara.
Medline Plus: Bitter almond (Prunus amygdalus Batch var. amara (DC.) Focke) and Laetrile
Capitulare de Vllis: amandalarios: Prunus dulcis (Mill.) D. A. Webb
Amandel – Wikipedia nl., de., eng.
Henriette’s Herbal Homepage. King’s American Dispensatory by Harvey Wickes Felter,
M.D. and John Uri Lloyd.
Drugs.com. Drug Information Online. Almond/Almond oil.
USDA GRIN Taxonomy for plants: Prunus dulcis (Mill.) D. A. Webb var. amara (DC.)
Buchheim.
Prunus dulcis (Mill.) D. A. Webb
Prunus dulcis (Mill.) D.A. Webb. James A. Duke 1983. Handbook of Energy Crops.
Unpublished.
Foto: uni-graz.at
nl.wikipedia.nl
bio-gaertner.de
odla.nu
topwalks.net
jouet.roger.free.fr
jeantosti.com
la-palma-tourismus.com
caliban.mpiz-koeln.mpg.de
danish-schnapps-recipes.com
giftpflanzen.com
bio-gaertner.de
punmiris.com
Previous page: Lavandula x intermedia
Next page: Liquidambar orientalis