Print This Page

Carbonzuren / Acids

 

 

ORGANISCHE ZUREN: Categorie: CARBONZUREN.

In deze categorie zijn een aantal subgroepen: 1 aminozuren - 2.benzoëzuren - 3. hydroxyzuren en de 4 vetzuren.
Ik zal het hier hebben over de categorieën benzoëzuren en hydroxyzuren.

Een carbonzuur is:
een functionele groep bestaande uit een carbonylgroep met daaraan een hydroxylgroep;
een organische chemische verbinding met één of meer van deze groepen.

Een carbonzuur is, zoals de naam al doet vermoeden, een zure groep, dat wil zeggen dat het waterstofatoom als H+ kation zich kan afscheiden, daarbij een negatief geladen carboxylaat-ion achterlatend. Een carbonzuur is altijd een zwak zuur, en zal daarom opgelost in water maar voor een klein deel ioniseren. De sterkste carbonzuren zijn gehalogeneerde ethaanzuren, (bijvoorbeeld trichloorazijnzuur) die bijna sterke zuren zijn.

De eenvoudigste carbonzuren zijn mierenzuur (R=H) en azijnzuur (R=CH3). Carbonzuren met een lange keten van koolstof atomen worden vetzuren genoemd.
Er wordt een onderscheid gemaakt tussen verzadigde en onverzadigde vetzuren. Het onderscheid wordt gemaakt op basis van de n-keten aan het carbonzuur. Bestaat die koolwaterstofketen enkel uit enkelvoudige (C-C) bindingen, dan spreekt met van een verzadigd vetzuur. Komen er dubbele(alkeen) of drievoudige(alkyn) bindingen voor, dan wordt het vetzuur onverzadigd genoemd.
Carbonzuren hebben altijd de uitgang -zuur. Hoewel er ook een voorvoegsel is voor carbonzuren (carboxy- ), zal deze niet gebruikt worden, doordat carbonzuren de hoogste prioriteit hebben bij de naamgeving en er dan eerst naar het achtervoegsel gekeken wordt.
Carbonzuren kunnen door een reactie met alcoholen esters vormen, en met primaire aminen kunnen amiden worden gevormd. De zuren komen meestal gecombineerd voor met alcoholen tot esters.
Onder verhitting kunnen sommige carbonzuren ontleden. Hierbij komt koolzuurgas vrij.
Carbonzuren hebben meestal een onaangename, vieze of stekende geur.

Atomen zijn electrisch neutraal. Als een atoom een een molecule verliest of wint, dan is het resultaat een partiele atoom of molecule die electrisch uit balans is. Dit zijn ionen of vrije radicalen. Ze zijn negatief of positief geladen. Vrije waterstof atomen maken een zuur en waterstof ionen zijn extreem agressief.
Natuurlijk water van 25 graden C ioniseert spontaan, zodat van een H2O molecule per miljoen zich zal afscheiden in H+ en OH-. Dit is een constante eigenschap van water en verandert nooit. Water is neutraal omdat het altijd gelijke aantallen H+ en OH- heeft.

Organische zuren in de carboxylgroep. Ze komen niet zo veel in etherische olie voor, 1-2% of slechts in sporen, maar veel in natuurlijke omstandigheden: zweet, urine, brandnetels, azijn, aromatisch water en phenylacetidezuur in neroli. Ze zijn chemisch agressief en reageren sterk met andere bestanddelen.
Ze zijn belangrijk, reageren op alcohols en vormen zo esters die veelal gevormd worden gedurende het destillatieproces. Ze bevatten altijd carbon en zuurstof.
Ze werken: ontstekingremmend, stimulerend, ontgiftend, antimicrobe, hypothermiserend en als hypotensor.

Olie waar carbonzuren in voor komen zijn o.a.:oregano - Eucalyptus citriodora -  andarijn/sinaasappel/ citroen/bergamot/neroli/aminobenzoic acid - engelwortel/Roomse kamille/angelic acid - Tolu balsem/Styrax benzoin/ benzoic acid - cymbopogon nardus/citronellic acid - pelargonium graveolens/geranic acid - Citrus aurantium (Neroli)/phenylacetic acid - Apium graveolens/sedanolic acid - Valeriana officinalis/valerinic acid - Vetiveria zizanoides/vetiveric acid.
In percentages komen carbonzuren voor in: Styrax benzoin 19% - oregano 4% - Eucalyptus citriodora 4% - cassia 3% - valeriaan 3% - kaneel schors 2% - kruidnagel 2% - rozemarijn 2% - tijm 2% - wintergreen 2% - engelwortel 1% zwarte peper 1% - Cistus 1% - cipres 1% - galbanum 1% - ijzerhard 1% - vetiver 1%.

pH is een maat van zuurgraad in een waterige oplossing. Water heeft een pH van 7, dat is neutraal. Onder de 7 is de oplossing zuur, boven de 7 basisch. Het concept pH is in 1909 geïntroduceerd door Søren Sørensen. De p staat voor het Duitse Potenz, dat kracht betekent, en de H staat voor het waterstofion (H+) (Latijn: Pondus hydrogenii en/of Potentia hydrogenii).

Basisolie bestaat bijna geheel uit zuren, maar dat zijn wel zwakke zuren, waardoor ze in de tijd ranzig worden. Etherische olie bevat alleen zuren in sporen, wordt niet ranzig en zijn een lang leven beschoren. Een uitzondering is Styrax benzoin met tot 30% carbonzuren. Dit is geen echte etherische olie maar een olie gewonnen door oplosextractie uit de gom van de boom. Vette olie met weinig etherische olie wordt na verloop van tijd, afhankelijk van de opslag ranzig, vette olie met een hoog pecentage etherische olie niet. Het atomaire gewicht van zuren in etherische olie is laag, gemiddeld van 100-148 amu.

Abietinzuur: Abies alba - Calamus species - Pinus: australis - eliotti - insularis - kesiva - sylvestris - strobus.

Acetylsalicylzuur/Acetylsalcylic acid: C7H6O3
Acetylsalicylzuur is een medicijn dat pijnstillend, koortsverlagend en ontstekingsremmend werkt. Het middel is onder de merknaam Aspirine tot de opkomst van paracetamol lange tijd een veelgebruikte pijnstiller geweest. De toepassing als trombocytenaggregatieremmer bij cardiovasculaire preventie wordt steeds groter.
Oorspronkelijk is de werking van salicylzuur als pijnstiller ontdekt doordat het werd geïdentificeerd als de werkzame stof in wilgenbast. De wetenschappelijke naam voor de wilg is Salix alba, daarom werd salicylzuur in eerste instantie salicyne genoemd en worden de zouten salicylaten genoemd. Het zuur zelf werd echter bijzonder slecht door de maag getolereerd (en werd daarom vaak verkocht als tabletten die omhuld waren door een maagsap-resistent laagje), maar een acetyl-ester derivaat gaf minder aanleiding tot maagklachten bij vrijwel gelijk blijvende analgetische effecten.

De werking zelf berust erop dat acetylsalicylzuur een onomkeerbare binding met het enzym cyclo-oxygenase (COX) aangaat, waardoor dit niet meer in staat is om arachidonzuur om te zetten in prostaglandines; stoffen die de zenuwuiteinden gevoelig maken voor prikkels. De vermelde maagproblemen ontstaan door de onomkeerbare binding aan COX-1, een variant van het enzym die een rol speelt bij bescherming van de maag tegen zijn eigen zure inhoud. Ook is dit COX-1 aanwezig in bloedplaatjes, waardoor acetylsalicylzuur een trombocyten aggregatieremmende werking heeft.
Werkzaamheid: antioxidant - antibacterieel - anti-ontsteking - kankerpreventief - antipyretisch - anti-eczeem - insecticide - antineuralgisch - pesticide - antireumatisch - roos - pijnstillend - fungicide - thermogeen - anticarcinogeen - wratten - ekswterogen.
Niet gebruiken bij een zwakke maag of maagzweer.
Komt voor in o.a.:
Abies alba - Acacia farnesiana - Achillea millefolium - Allium sativum - Artemisia absinthium - Artemisia dracunculus - Betula lebnta - Calendula officinalis - Cananga odorata - Chamomilla recutita - Cinnamomum aromaticum - Dipterix odorata - Filipendula ulmaria - Iris versicolor - Jasminum officinale - Melilotus officinale - Mentha pulegium - Oenothera biennis - Salvia officinalis - Vanilla planifolia - Viola odorata - Viola tricolor - Vitis vinifera.

Acrylzuur C3H4O2 / 2-propeenzuur / Acrylic acid
Acrylzuur is een carbonzuur, een kleurloze vloeistof met een bijtende geur. De relatieve dichtheid is 1,05 en het is mengbaar met water.
Acrylzuur en zijn esters, de acrylaten, worden gebruikt bij de fabricage van verscheidene plastics en harsen, komen voor in vloerlakken en verven, in inkt en in lijmen. Tevens is het ook de grondstof voor superabsorbers.
Acrylzuur wordt geproduceerd uit propyleen, een gas dat als bijproduct bij olieraffinage vrijkomt.

Angelic acid/Angelicazuur:
Komt voor in o.a.: Angelica archangelica - Apium graveolens - Arnica montana - Levisticum officinala -

Anisidezuur/Anisic acid:
Werkzaam: antibacterieel - anti salmonella - pesticide - antireumatisch.
Komt voor in o.a.: Artemisia dracunculus - Cistus ladanifer - Foeniculum vulgare - Pimpinella anisum - Ruta graveolens - Vanilla planifolia.

Appelzuur:C4H6O5 / Malic acid
Dit is het zwak organisch zuur dat in appels zit. Samen met wijnsteenzuur maakt het deel uit van de tweewaardige hydroxycarbonzuren. Het wordt als zuivere stof gebruikt in levensmiddelen, maar er zijn ook verbindingen van appelzuur in de chemische industrie. In cosmetica komt het soms voor in de plaats van citroenzuur. Het wordt gebruikt bij de wijnproductie om snel een goede smaak te krijgen; in snoepgoed en in cosmetica.
Appelzuur is irriterend voor de ogen en bij aanraking moet men overvloedig spoelen met water en medisch advies inwinnen.
Werkzaamheid:
antibacterieel - pesticide - speekselbevorderend - mild laxatief - tuberculose - anticarcinogeen - antiarteriosclerose
Komt voor in o.a.:
Allium cepa - Allium schoenoprasum - Angelica archangelica - Apium graveolens - Arnica montana - Artemisia absinthium - Artemisia vulgare - Citrus aurantium var. amara - Borago officinalis - Brassica oleracea - Calendula officinaliks - Chamomilla recutita - Chenopodium ambrosioides - Citrus aurantiifolia - Citrus mitis - Citrus reticulata - Citrus sinensis - Citrus x paradisi - Cocus nucifera - Convallaria majalis - Daucus carota - Foeniculuim vulgare - Helianthus annuus - Hyssopus officinalis - Juglanms regia - Levisticum officinale - Myrtus communis - Petroselinum crispum - Pimenta dioica - Prunus armeniaca - Prunus domestica - Rosa canina - Rosa gfallica - Rosa laevigata - Rosa centifolia - Ruta graveolens -  Sambucus nigra - Valeriana jatamansi -  Valeriana officinalis - Vanilla planifolia - Vitis vinifera.

Ascorbinezuur: Ascorbic acid: C6H8O6.
of vitamine C is een in water oplosbare stof die van nature in veel soorten fruit voorkomt. In 1928 geïsoleerd uit de cortex van de bijnier. Ieder mens behoeft een kleine hoeveelheid per dag en 60 mg verspreid over de dag wordt aanbevolen, aangezien vitamine C vrij snel wordt afgebroken. Veel planten en dieren zijn in staat vitamne C aan te maken, de mens niet. De hoogste concentraties vitamine C zijn aanwezig in de bijnieren, hersenen, lymfeklieren en longen. Vitamine C is belangrijk voor de vormng van collageen (kraakbeen en bloedvatwanden), als antioxidant, voor het afweersysteem, voor een goede werking van het zenuwstelsel, voor ontgiften van lichaamsvreemde stoffen in de lever.
Werkzaamheid:
Antiastmatisch – antiatherosclerotisch - antibacterieel – antidepressief – antidiabetisch - antieczeem – antiedemisch (oedeemvorming) - antiulcer (chronische wonden) - antihemorragisch – antihepatisch - antihistamine – antihypertensief - antimutagenisch – antiontsteking - antioxidant – antiparadentose - antiparkinson - antipyretisch – antiscorbutisch – antiviraal - diuretisch - immuunsysteem bevorderend - kankerpreventief – migraine -  ontgiftend – pesticide – pijnstillend -  vasodilator – wondhelend.
Komt voor in oa.:
Abelmoschus esculentus – Acacia farnesiana – Acacia nilotica – Achillea millefolium – Acorus calamus – Agathosma betulina – Allium ampeloprasum/-cepa/-sativum/-schoenoprasum – Aloe abyssinica – Alpinia galanga – Anacardium occidentale – Ananas comosus – Anethum graeolens – Angelica sinensis – Annona sp.: cherimola/ glabra/ diversifolia/ muricata/ reticulata/ squamosa – Apium graveolens -  Arctium lappa – Armoracia lapathifolia – Artemisia absinthium/-dracunculus/-vulgaris – Asparagus officinalis – Avena sativa – Berberis vulgaris – Borago officinalis – Brassica nigra e.a.- Bupleurum chinense – Calendula officinalis – Camelia sinensis – Cannabis sativa – Capsicum annuum – Capsicum frutescens – Carthamus tinctorius – Cerasus vulgaris – Chamaemelum nobile – Chamomilla recutita – Chenopodium album – Chenopodium ambosioides – Chrysanthemum coronarium – Chrysanthemum parthenium – Cichorium intybus – Cinnamomum aromaticum – Cinnamomum verum – Citrus aurantifolia – Citrus aurantium – C. limon – C. mitis – C. reticulata – C. sinensis – C. x paradisi – Cocus nucifera – Coriandrum sativum – Crataegus laevigata – Crataegus rhipidophylla – Cuminum cyminum – urcuma longa – Daucus carota – Echinacea purpurea e.a. – Filipendula ulmaria – Foeniculum vulgare – Ginkgo biloba – Helianthus tuberosus – Hibiscus sp. – Humulus lupulus – Hydrangea arborescens – Hypericum perforatum – Inla helenium – Iris germanica – Juglans nigra – Juglans regia – Juniperus communis – Lobelia inflata – Majorana hortensis – Malus domestica – Manihot esculenta – Mentha spicata – Morus alba – Nelumbo nucifera – Nepeta cataria – Nigella sativa – Ocimum basilicum – Origanum vulgare – Panax ginseng – Passiflora sp. – Pastinaca sativa – Perilla frutescens – Persea americana – Petroselinum crispum – Pimenta dioica – Pimpnella anisum – Pinus edulis/-cembroides/-sylvestris – Piper auritum/-betle/-nigrum – Pisum sativum – Prunus armeniaca/-domestica/-dulcis/-persica/-salicifolia – Punica granatum – Quercus alba – Ribes nigrum – Ribes rubrum – Rosa canina – Rosa eglanteria – Rosa gallica – Rosa multiflora e.a. – Rosmarinus officinalis – Rubus fruticosus/-idaeus – Ruta graveolens – Salix alba – Salvia officinalis – Sambucus canadensis – Sambucus nigra – Sinapsis alba – Solanum sp.  – Spinacia oleracea – Spirulna sp. – Syringa vulgaris – Syzygium aromaticum e.a. – Tamarindus indica – Taraxacum officinale – Thuja occidentalis – Thymus vulgaris – Tilia sp. – Trigonella foenum-graecum – Tulipa gesneriana – Valeriana officinalis – Vitis vinifera – Yucca baccata – Zea Mays – Zingiber officinalis –  en vele anderen.

Azijnzuur (Ethaanzuur): C2H4O2. Acetic acid (ethanoic acid):
Is een organisch zuur met een kenmerkende stekende geur. Het is een bijtende stof en vergelijkbaar met mierenzuur. Zuiver watervrij azijnzuur wordt ook wel ijsazijn genoemd. Dit is een kleurloze vloeistof die bij temperatuur lager dan 17 graden C. stolt tot heldere kleurloze kristallen. Komt in het menselijk lichaam voornamelijk voor gebonden aan het Co-enzym A een belangrijke stof voor veel biochemische processen. Azijnzuur vormt met choline de ester acetylcholine een veel voorkomende en belangrijke neurotransmitter. Het azijnzuur dat bij de biochemische processen vrijkomt, wordt doorlopend hergebruikt. Azijnzuur komt voor in bepaalde bacteriën, sommige planten en vele vruchten. Zuiver azijnzuur is een belangrijke grondstof in de polymeer chemie voor het fabriceren van synthetische vezels, plastics en lijmen. Met alcoholen vormt azijnzuur esters die als oplosmiddel of geurstof gebruikt worden. In de voedingsmiddelenindustrie worden azijnzuur en sommige acetaten gebruikt als smaakstof, conserveermiddel of zuurteregelaar.
Werkzaamheid:
antibacterieel - anti salmonella - parfum - pesticide - expectorant - fungicide.
Komt voor in o.a.:
Abelmoschus moschatus - Acacia dealbata - Allium cepa - Aloysia citriodora - Apium graveolens - Arctium lappa - Armoracia lapathifolia - Citrus aurantium var. amara - Balsamea myrrha - Borago officinalis - Cananga odorata - Capsicum annuum - Capsicum frutescens - Chrysanthemum x morifolium - Cinnamomum camphora - Citrus limon - Citrus sinensis - Citrus x paradisi - Coriandrum sativum - Cymbopogon citratus - Cymbopogon martinii - Elettaria cardamomum - Eruca sativa - Ginkgo biloba - Helichrysum angustifolium - Juniperus communis - Laurus nobilis - Lavandula x intermedia - Levisticum officinale - Mentha arvensis piperascens - Mentha pulegium - Mentha spicatum - Monarda didyma - Myristica fragrans - Myrtus communis - Ocimum basilicum - Ocimum gratissimum - Pelargonium graveolens - Prunus armeniaca - Prunus persica - Ribes nigrum - Ribes rubrum - Rosa canina - Raosmarinus officinalis - Saussurea lappa - Tagetes minuta - Thuja occidentalis - Thymus mastichina - Valeriana jatamansi -  Vanilla planifolia - Zingiber officinalis.

Benzoëzuur: C7H6O2. Benzoic acid:  benzoë 10-20%, cassia, perubalsem, tolubalsem 7%, vetiver.
Benzoëzuur (ook wel benzeencarbonzuur genoemd) is een natuurlijk voorkomend, doch ook omstreden conserveermiddel.
De naam is afgeleid van benzoëhars, waar benzoëzuur in voorkomt. Benzoëzuur is in hoge concentratie aanwezig in cranberry's, maar komt ook voor in andere planten, met name in bessen. Vanwege zijn anti-microbiële werking, wordt het veel gebruikt als conserveermiddel in levensmiddelen en cosmetica.
Bij een pH boven de 4,5 is benzoëzuur amper werkzaam.
Het E-nummer is E210. De INCI-code is Benzoic acid.
Werkzaamheid: allergeen - aroma - antibacterieel - anesthetisch - antipyretisch - anti salmonella - insecticide - pesticide - expecxtorant - choleretisch - fungicide - wondhelend.
Komt voor in o.a.
Acacia farnesiana - Citrus aurantium var. amara - Cananga odorata - Chrysanthemum x morifolium - Cinnamomum aromaticum - Foeniculum vulgare - Ginkgo biloba - Hyacinthus orientalis - Iris germanica - Jasminum officinale - Juniperus communis - Levisticum officinale - Mewlilotus officinalis - Narcissus tazetta - Ocimum gratissimum - Olea europaea - Paeonia lactiflora - Paeonia officinalis - Paeonia suffruticosa - Pinus sylvestris - Piper auritum - Piper nigrum - Styrax benzoides - Styrax tonkinensis - Vanilla planifolia - Vitis vinifera.

Boterzuur / Butyric acid C4H8O2
Boterzuur komt voor in boter, met name in rans geworden boter (vandaar de naam boterzuur), zweet, veel sterk ruikende kaassoorten en in kwalitatief slechte kuilen kuilgras. Volgens de IUPAC wordt boterzuur butaanzuur genoemd, de zouten en esters heten butyraten.
Zuiver boterzuur wordt amper gebruikt. Het is echter een belangrijke uitgangsstof voor de synthese van vele andere verbindingen.
Boterzuur wordt in rioolwaterzuiveringen gebruikt om een betere stikstofverwijdering te verkrijgen. Vooral in zuiveringsgebieden met veel verdunning (oppervlakte en/of grondwater)wordt er boterzuur toegevoegd om voldoende vuilvracht binnen te nemen, dit bevordert de werking van de zuivering. Door activisten wordt het wel gebruikt om stank te creëren; zie taartincident. En een totaal ander 'gebruik': speurhonden zijn zeer gevoelig voor boterzuur. Het is een van de belangrijkste stoffen bij het volgen van sporen.
In vetten en olie ontstaat boterzuur in het afbraakproces. Langere vetzuren worden door enzymen of oxidatie in kleinere moleculen geknipt waarbij boterzuur als tussenstap ontstaat.
Voor industrieel gebruik wordt boterzuur gemaakt door de gecontroleerde fermentatie van suiker of zetmeel. Hierbij wordt gebruikgemaakt van de Bacillus subtilis.
Werkzaamheid: antikanker - pesticide - Anticarcinogeen/tumorremmend.
Komt voor in o.a.:
Acacia farnesiana - Achillea millefolium - Acorus calamus - Artemisia capillaris - Artemisia dracunculus - Capsicum frutescens - Chenopodium ambrosioides - Citrsu sinensis - Daucus carota - Elettaria cardamomum - Laurus nobilis - Lavandula angustifolia - Lavandula x intermedia - Mentha pulegium - Mentha spicata - Monarda didyma - Mysristica fragrans - Ocimum basilicum - Ocimum gratissimum - Pimpinella anisum - Persea americana - Pinus sylvestris - Piper nigrum - Polianthus tuberosa - Salvia sclarea - Urtica dioeca - Valeriana jatamnasi.

Cinnamidezuur/Cinnamic acid:
Kaneelzuur is een geurloos wit kristallijn zuur, dat oplosbaar is in water (het is een polaire stof). Kaneelzuur kan verkregen worden uit de olie van kaneel, maar het kan ook gesynthetiseerd worden.
Kaneelzuur wordt gebruikt als smaaktoevoeging, maar voornamelijk in de parfumfabrikage voor de vorming van methyl-, ethyl-, en benzylesters. Kaneelzuur en vluchtige ethylester zijn de smaakcomponenten in de etherische olie van kaneel.
Kaneelzuur is oplosbaar in diethylether, onoplosbaar in hexaan.
Werkzaamheid:
laxatief - allergeen - antimutageen - aroma - antibacterieel - anesthetisch - anti-ontsteking - kankerpreventief - herbicide - anticonvulsant - anthelmintisch - pesticide - choleretisch - fungicide.
Komt voor in o.a.:
Aloe vera - Ammi visnaga - Arnica montana - Citrus aurantium var. amara - Capsicum annuum - Capsicum frutecens - Cinnamomum aromaticum - Cinnamomum verum - Copriandrum sativum - Curcuma longa - Daucus carota - Foeniculum vulgare - Helianthus annuus - Hypericum perforatum - Juniperus communis - Laurus nobilis - Liquidambar styraciflua - Melaleuca bracteata - Myrospermum balsamiferum - Olea europaea Origanum vulgare - Piper nigrum - Ribes nigrum - Styrax benzoides - Styrax tonkinensis - Taxus baccata - Thymus vulgaris - Vitis vinifera.

Citronellic acid:
Komt voor in o.a.: Cinnamomum camphora - Citrus aurantium var. amara - Citrus reticulata - Cymbopogon citratus - Elettaria cardamomum - Eucalyptus species (tientallen) - Melissa officinalis.

Citroenzuur: C6H8O7. Citric acid:
Is een carbonzuur, een zwak organisch zuur. Komt voor in citrusvruchten en is een natuurlijk conserveermiddel en antioxidant. Ook wordt het gebruikt om voedsel een zure smaak te geven.In de biochemie is het een belangrijke intermediair in de citroenzuurcyclus.
Werkzaamheid:
allergeen - anticoagulant - antimutageen - aroma - antibacterieel - irritant - mild laxatief - tuberculose - anticarcinogeen/tumorremmend - anti-arterislerotisch.
Komt voor in o.a.:
Allium cepa - Allium schonoprasum - Apium graveolen s - Citrus aurantium var. amara - Capsicum annuum - Capsicum frutescens - Chrysanthemum vulgare - Citrus aurantiifolie - Citrus bergamia - Citrus limon - Citrus medica - Citrus mitis- Citrus reticulata - Citrus sinensis - Citrus x paradisi -  Cocos nucifera - Convallaria majalis - Crataegus laevigata - Daucus carota - Filipendula ulmaria - Foeniculum vulgare - Juglans regia - Ledum palustre - Myrtus communis - Petroselinum crispum - Prunus armeniaca - Prunus domestica - Prunus persica - Ribes nigrum - Ribes rubrum - Rosa canina - Rosa laevigata - Sambucus nigra - Tanacetum vulgare crispum - Vanilla planifolia - Vitis vinifera.

geranic acid:
Komt voor in o.a.:
Citrus aurantium var. amara - Boswellika glabra - Cymbopogon citratus - Elettaria cardamomum - Juglans regia - Melissa officinalis - Pimenta acris - Rosa gallica - Rosa x centifolia

Galluszuur / Gallic acid: C7H6O5.
Galluszuur wordt gebruikt in de farmaceutische industrie in zonnebrandolie, als antioxidant in levensmiddelen en voor het maken van verfstoffen.
Ook voor het maken van de diep blauwzwarte kleurstof in inkt werd galluszuur gebonden met ijzeroxyde gebruikt.
Hydrolyseerbare polymeren van galluszuur worden nu vooral voor het leerlooien gebruikt.
Bismutsubgallaat werd gebruikt als een mild ontsmettingsmiddel middel voor de huid. Propylgallaat is een belangrijke antioxidant in consumeerbare olie en vetten.
Galluszuur is een bouwsteen voor looizuur (gallotannine).
Bij de industriële productie van galluszuur wordt meestal gebruik gemaakt van schimmels.
Werkzaamheid:
antimutageen - antioxidant - astma - antibacterieel - anti-ontsteking - bloedstelpend - bronchitis - polio - antikanker - carcinogeen - antiherpes - antigriep - pesticide - adstringent - pijnstillend - anti-staphylococcen - choleretisch - immuunstimulerend - wondhelend - anticarcinogeen/tumorremmend - antiviraal.
Komt voor in o.a.:
Acacia dealbata - Acacia farnesiana - Achillea millefolium - Arnica montana - Artemisia dracunculus - Citrus limon - Conyza canadensis - Eucalyptus globulus - Gaultheria procumbens - Geranium maculatum - Hypericum perforatum - Juglans nigra - Juglans regia - Juniperus communis - Juniperus sabina - Lawsonia alba - Melaleuca cajuputi - Melilotus officinalis - Myrtus communis - Oenothera biennis - Olea europaea - Origanum vulgare - Paeonia lactiflora - Rosa canina - Rosa gallica - Rosa x centifolia - Salvia officinalis - Syzygium aromaticum - Tagetes lucida - Taxus baccata - Thymus vulgaris - Vitis vinifera.

Melkzuur C3H6O3 / Lactic acid:
het zuur dat verzuurde melk haar zure smaak geeft en dat zich bij zware inspanning door anaerobe afbraak van suiker ophoopt in de spieren en daar voor tijdelijke spierpijn zorgt. Melkzuur bestaat uit twee belangrijke componenten, namelijk Lactaat (negatief geladen) en H-atoom (positief geladen). De verzuring in de spieren is het gevolg van een accummulatie van de H-atomen die niet meer gebufferd kunnen worden door Bicarbonaat. De verzuring is niet het gevolg van lactaat, lactaat is namelijk een substraat dat kan gebruikt worden om glucose te vormen in de lever via de gluconeogenese. De melkzuurvergisting vindt in de rode bloedlichaampjes plaats, omdat deze geen mitochondria hebben, maar ook bij zware inspanning in de spieren, omdat de spiercellen tijdens de zware inspanning voor de verbranding van suiker onvoldoende zuurstof krijgen. Het melkzuur komt in de bloedbaan terecht en bedraagt gemiddeld onder normale omstandigheden 1 tot 2 mmol/L, maar bij zware inspanning kan dit oplopen tot twintig maal zoveel.
De lever neemt 60% van de melkzuur op en zet het om in glycogeen, dat weer omgevormd wordt tot glucose door het glycogenolyse proces. De glucose komt in de bloedbaan en kan weer door het lichaam gebruikt worden. Deze glucose → melkzuur → glucose cyclus, voor het eerst beschreven door Carl en Gerty Cori, is bekend onder de naam Cori-cyclus.
De overgebleven 40% of het melkzuur wordt door goed van zuurstof voorziene spiercellen omgezet in pyrodruivenzuur, dat gebruikt wordt als brandstof in de citroenzuurcyclus
Werkzaamheid:
Het is een aromastof, die irritant is.
Komt voor in o.a.:
Ammi visnaga - Arnica montana - Borago officinalis - Helianthus annuus - Sambucus nigra - Vitis vinifera.

Mierenzuur CH2O2 / Formic acid (methanoic acid):
een sterk bijtend organisch zuur.
Mierenzuur: andere naam ethylester.
Ontstaat bij de destillatie van ethanol met natriumformiaat. Geurstof in vruchten (framboos), smaakstof in vruchten, drank, thee, bier, rum. Soms in de parfumindustrie. Giftig bij ingestie en inademen. Irriteert ogen, huid en ademhalingsapparaat. Voorzichtig met kinderen.
Mierenzuur komt in veel levende wezens, zowel dieren als planten, voor. Onder andere mieren maken en gebruiken mierenzuur als middel tot aanval en zelfverdediging, vandaar de naam mierenzuur, maar ook bijen en brandnetels verdedigen zich met mierenzuur
Zuiver mierenzuur is een belangrijke stof in de synthese van vele organische stoffen. Met alcoholen vormt mierenzuur esters die als oplosmiddel of geurstof gebruikt worden. Zuiver mierenzuur wordt in reinigingsmiddelen gebruikt als desinfectans en ontkalkend middel. Verder als looi-of bijtsmiddel in de leer- en textielindustrie
Uit methanol, water en koolstofmonoxide wordt mierenzuur gemaakt:
Methanol en koolstofmonoxide reageren bij verhoogde temperatuur en druk tot de ester methylmethanoaat
Methylmethanoaat reageert met water tot mierenzuur en methanol
Uit natriumhydroxide, zwavelzuur en koolstofmonoxide met natriumformiaat als tussenstap:
Natriumhydroxide en koolstofmonoxide reageren bij verhoogde temperatuur en sterk verhoogde druk tot natriumformiaat
Natriumformiaat reageert met zwavelzuur tot mierenzuur en natriumsulfaat
Werkzaamheid:
aromastof - antibacterieel - giftig - irritant - conserveringsmiddel - pesticide - adstringent - caustisch (etsend).
Komt voor in o.a.:
Achillea millefolium - Aloe vera - Arnica montana - Artemisia absinthium - Artemisia vulgaris - Citrus aurantium var. amara - Balsamea myrrha - Boronia megastigma - Cananga odorata - Cinnamomum camphora - Daucus carota - Elettaria cardamomum - Juniperus communis - Laurus nobilis - Mentha aquatica - Mentha arvensis piperascens - Myristica fragrans - Ocimum gratissimum - Pelargonium graveolens - Prunus persica - Ribes nigrum - Tagetes minuta - Thuja occidentalis - Valeriana jatamansi - Valeriana officinalis - Vanilla planifolia - Vitis vinifera.

Malonzuur C3H4O4 / Malonic acid:
is een witte kristallijne verbinding. Diesters van malonzuur, malonaten genoemd, worden vaak gebruikt voor condensatie reacties. De naam malonzuur komt van het Latijnse woord voor appel (malus). Malonzuur ontstaat namelijk bij de oxidatie van appelzuur.
Malonzuur is een witte, vaste stof met een smeltpunt van 135-137,1°C en is makkelijk oplosbaar in water. Boven het smeltpunt vindt decompositie plaats tot CO2 en azijnzuur. In water gebeurt dit reeds boven 70°C.
Malonzuur is een veelgebruikte bouwsteen in de organische chemie en kan bijvoorbeeld gebruikt worden voor de synthese van barbituurzuurderivaten. Ook kan het gebruikt worden bij condensatie reacties waar een onverzadigd zuur ontstaat.
Werkzaamheid: irritant.
Komt voor in o.a.:
Angelica archangelica - Aoium graveolens - Capsicum annuum - Capsicum frutescens - Citrus aurantiifolia - Citrus reticulata - Citrus sinensis - Citrus x paradisi - Helianthus annuus - Juniperus communis - Pinus sylvestris - Prunus persica - Trigonella foenum graecum -

Oxaalzuur: / Oxalic acid: C2H2O
Door de binding van twee OH-groepen is dit een van de sterkste organische zuren. De zouten, esters en anionen van oxaalzuur zijn oxalaten: milde giffen in verschillende planten. Irriteert bij inname de binnenkant van de keel en is fataal in grote doses. Oxaalzuur bindt zich met metalen in het lichaam zoals calcium, vormt oxalaten en irriteert keel en nieren. Komt veel voor in cacao, chocolade, noten, bessen, bonen, bieten en ook in spinazie, rabarber.
Oxaalzuur kan giftig zijn voor de nieren. Lange blootstelling kan schade veroorzaken aan de nieren, oogirritatie, hoornvlies, blindheid. Blootstelling aan de huid: vernietiging van de huid en ontstekingen, zelfs brandblaren. Ook longschade en irritatie aan de luchtwegen komt voor: branden, hoesten, kuchen tot verstikking, bewusteloosheid, tot de dood toe. Schadelijk product: klasse X.
Wordt gevonden in huishoudproducten en anti-roestmiddelen.
Werkzaamheid:
antibacterieel - bloedstelpend - irritant - nierirritant - giftig - pesticide - mild laxatief - acaricide (doodt mijten)
Komt voor in o.a.:
Abelmoschus esculentus - Acorus calamus - Allium ampeloprasum - Allium cepa - Allium schoenoprasum - Angelica archangelica - Anthemis cotula - Apium graveolens - Brassica juncea - Capsicum annuum - Capsicum frutecens - Chenopodium album - Chrysanthemum vulgare - Cinnamomum verum - Citrus aurantiifolia - Citrus reticulata - Citrus sinensis - Citrus x paradisi - Coriandrum sativum - Crataegus laevigata - Daucus carota - Eucalyptus citriodora - Juglans regia - Juniperus communis - Ledum palustre - Mentha spicata - Piper nigrum - Prunus amygdalus - Prunus persica - Salvia officinalis - Sambucus nigra - Sesamum indicum - Tanacetum vulgare crispum - Trigonella foenum graecum - Vanilla planifolia - Zingiber officinale.

Phenylacetidezuur/(Neroli)/phenylacetic acid: C8H8O2
Gebruikt als aromastof, in de parfumindustrie en bij het produceren van penicilline. Hert is een soort planten hormoon en wordt gevonden in fruit.
Komt voor in o.a.: Citrus aurantium var. amara - Juglans nigra - Piper nigrum - Polianthus tuberosa - Prunus amygdalus.

Propaanzuur C2H5COOH / Propionic acid
Propaanzuur, of propionzuur, is een organisch zuur met een onaangename geur. Propaanzuur is voor het eerst beschreven in 1844 door Gottlieb als restproduct bij de afbraak van suiker. In de jaren er na werd propaanzuur door verschillende scheikundigen telkens op een andere manier gemaakt, zonder dat ze doorhadden dat het om dezelfde stof ging. In 1847 ontdekte Jean-Baptiste Dumas dat al deze nieuwe stoffen dezelfde waren en noemde de stof propionzuur naar het Griekse “protos” en “pion”, dat “eerste” en “vet” betekent, omdat het het kleinste carbonzuur was dat een aantal eigenschappen van een vet combineerde. Zo vormt het een schuimende zeep met kaliumhydroxide en laat het een vetlaagje achter op zout water.
Propaanzuur komt voor in sommige etherische oliën, zweet en veel harde kaassoorten. De gaten in sommige kaassoorten worden veroorzaakt door bacteriën die koolstofdioxide en propaanzuur maken.
In vetten en olie ontstaat het in het afbraakproces. Langere vetzuren worden door enzymen of oxidatie in kleinere moleculen geknipt waarbij propaanzuur als tussenstap ontstaat.
Voor industrieel gebruik wordt propaanzuur gemaakt door propanal met lucht te laten oxideren. Dit gebeurt bij een temperatuur van 40 à 50 *C met kobalt- of mangaanzouten als katalysator.
Zuiver propaanzuur en haar zouten worden gebruikt als conserveermiddel in levensmiddelen:
E280 - Propaanzuur
E281 - Natriumpropanoaat
E282 - Calciumpropanoaat
E283 - Kaliumpropanoaat
Esters van propaanzuur worden gebruikt als geurstof, smaakstof en als oplosmiddel.
Verder is propaanzuur een belangrijke uitgangsstof voor de synthese van vele andere verbindingen, waaronder geneesmiddelen en bestrijdingsmiddelen.
Werkzaamheid:
aromastof - irritant - parfum - pesticide - rubefaciënt - funcide.
Komt voor o.a. in:
Arctia lappa - Capsicum annuum - Chrysanthemum x morifolium - Cinnamomum camphora - Citrus sinensis - Laurus nobilis - Ocimum basilicum - Ocimum gratissimum - Pelargonium graveolens - Pimpinella anisum - Pinus walliciana -  Ruta graveolens - Valeriana jatamansi - Viola odorata.

Salicylzuur: C7H6O3 / Salicylic acid:
Salicylzuur is een carbonzuur dat zijn oorsprong vindt in de natuur. Het is een bestanddeel van wilgenbast maar vooral van fruit, moerasspirea en sommige cactussen.
Het werd voor de uitvinding van de azijnzure ester van salicylzuur, acetylsalicylzuur (Aspirine) als pijnstiller gebruikt.
Salicylzuur wordt in dermatica in hoge concentraties (tot 20%) gebruikt bij de behandeling van wratten[1]; salicylzuur verweekt de hoornlaag. In lage concentraties van enkele procenten wordt het toegevoegd aan crèmes om de penetratie van het farmacon te bevorderen, zo kan de geneeskrachtige stof gemakkelijker (sneller) door de huid heen dringen.
Werkzaamheid:
antioxidant - antibacterieel - anti-ontsteking - kankerpreventief - antipyretisch - antieczeem - insecticide - eksteroog - antineuralgisch - pesticide - antireumatisch - roos - pijn stillend - fungicide - thermogeen - anticarcinogeen/tumorremmend - wratten - niet gebruiken bij een zwakke maag of maagzweer.
Komt voor in o.a.:
Abies alba - Acacia farnesiana - Achillea millefolium - Allium satuvum - Artemisia absinthium - Artemisia dracunculus - Betula lenta - Brassica oleracea - Calendula officinalis - Cananga odorata - Chamomilla recutita - Cinnamomum aromaticum - Dipterix odorata - Filipendula ulmaria - Iris versicolor - Jasminum officinale - Melilotus officinalis -  Mentha pulegium - Oenothera biennis - Rosa multiflora - Salvia officinalis - Solidago gigantea - Vanilla planifolia - Viola odorata - Viola tricolor - Vitis vinifera.

Valeriaanzuur: C5H10O2 / Valeric acid (pentanoic acid)
Valeriaanzuur, ook wel pentaanzuur of 1-butaancarbonzuur, waarbij de koolstofketen van 5 atomen onvertakt is. Valeriaanzuur is kleurloze vloeistof die onaangenaam ruikt. Het gebruik van valeriaanzuur beperkt zich tot de synthese van esters, die in tegenstelling tot het zuur, aangenaam fruitig ruiken en daarom als geurstof gebruikt kunnen worden.
Naast valeriaanzuur is ook isovaleriaanzuur (ook: iso-valeriaanzuur of i-valeriaanzuur) bekend. Systematisch wordt die verbinding 3-methylbutaanzuur genoemd.
Werkzaamheid:
aromastof - parfum - anticonvulsant - hypotensie - relaxerend op het zenuwstelsel.
Komt voor in o.a.:
Apium graveolens - Canaga odorata - Capsicum frutescens - Ferula asafoetida - Lavandula angustifolia - Mentha spicata - Monarda didyma - Ocimum basilicum - Ocimum grastissimum - Persea americana - Pinus sylvestris - Salvia sclarea - Tafetes minuta - Valeriana officinalis.

Wijnsteenzuur:/ Tartaric acid: C4H6O6
2,3-dihydroxybutaandizuur of wijnsteenzuur is een witte kristallijne stof en maakt samen met appelzuur deel uit van de tweewaardige hydroxycarbonzuren. Het is een zwak zure organische verbinding.
Wijnsteenzuur komt deels vrij of deels in gebonden toestand van nature voor in vele vruchten, zoals in druiven en pompelmoezen. Zouten ervan kunnen soms kristalliseren in druivesap. Als voedseladditief heeft het de code E 334.
Wijnsteenzuur geeft grotendeels dezelfde reacties als citroenzuur. Het wordt gebruikt in de geneeskunde en in de textielnijverheid. Het is een bestanddeel van het Fehlingsproefvocht, dat een reagens is op de monosachariden.
Werkzaamheid:
aromastof - irritant - mild laxatief.
Komt voor in o.a.:
Allium cepa - Apium graveolens - Chenopodium amborsioides - Cratargus laevigata - Daucus carota - Foeniculum vulgare - Helianthus annuus - Ledum palustre - Petroselinum crispum - Prunus armeniaca - Prunus domestica - Rosa gallica - Rosa x centifolia - Vitis vinifera.


Bron: The Lancet jan. 12 issue, vol.359, no 9301.
Liber Herbarum II.
Dr. Duke’s Phytochemical and ethnobotanical Databases.
Wikipedia nl., en. de.
David Stewart. Esswential oils made simple.

©®Copyright en registratie notaris. André Gielen 2001 – 2008


Previous page: Lactonen - Coumarine
Next page: Oxiden