Gielen Aroma

Cedrus deodara

CEDRUS DEODARA (Roxb.) G. Don, 1830                            -                  CEDER, HIMALAYA
Synoniem:  Cedrus libani var. deodara (Roxb.) Hook.f.1854
                   Cedrus libani subs. deodara (Roxb.) P.D. Sell, 1990
                   Cedrus indica Chambray.
Familie: pinaceae. Gebruikt deel hout.
Inheems in west Nepal tot Oost Afghanistan op een hoogte van 1200 – 3000meter. Verder in India (Himachal Pradesh – Jammu-Kashmir – Uttar Pradesh) en Pakistan. Groeit op arme grond, droge standplaatsen, zoals kalkgronden en op matig zure gronden.

Dit is de heilige boom van de Hindoes. Inheems noemen ze de boom deodar. De ceder was een belangrijke boom voor houtleverantie in India, maar door overkap is hij zo goed als verdwenen. In het wild behoort hij tot de bedreigde soorten. In India werd het hout in de scheepsbouw gebruikt. Om die redenen werd de Himalaya-ceder ook vroeger in Engeland aangeplant. 
Bij ons wordt hij aangeplant als ornamentale of sierboom, evenals in Amerika. Deze slanke naaldboom kan 50 meter hoog worden
De deodara wordt minder hoog dan de andere species. In ideale omstandigeheden kan hij 35 - 50 meter worden. Dit is dan in diepe goed gedraineerde gronden.
De hoofdtakken groeien horizontaal en de toppen gaan hangen. Hij heeft een grijsgroene gladde bast als hij jong is. Bij het ouder worden wordt de bast donkerbruin tot zwart, gegroefd met platen en askleurig grijs. De kroon is kegelvormig met altijd een smalle spitse top met afhangende topscheut. Oudere bomen zijn breed met zware onderste takken of lange stammen. Soms zijn er twee spitse toppen. De bovenste takken staan horizontaal, de onderste geleidelijk naar beneden gebogen.
De naalden zijn spits, dun, zacht, buigzaam, meestal lichtgroen en zelden blauwgroen of grijsgroen. Met 4-5 cm zijn ze de grootste naalden van de ceders. De kegels zijn blauwachtig, later als ze rijp zijn roodbruin.
De mannelijke bloemen zijn rechtopstaand, kegel -  tot eivormig, grijsgroen, later roze, 4 cm groot. In oktober, als het stuifmeel vrij komt, worden ze donkerpaars, 6-7 cm. gekromd. De vrouwelijke bloemen zijn eivormig tot rolrond 5-6 mm. helder bleekgroen soms met roze toppen. Kegels zijn minder vaak aanwezig, vatvormig tot 14 cm.
De boom groeit snel in omvang en in hoogte. De eerste 2,5 meter omvang is snel bereikt, daarna gaat het iets trager. Men heeft geconstateerd dat de bomen tot 135 jarige leeftijd doorgroeien.

Werkzame bestanddelen:
Sesquiterpenen: a-himachaleen, beta-himachaleen
Sesquiterpenols: himachalol, allo-himachalol
Sesquiterpenonen: alfa en y-alantonen.

Werkzaamheid:
Adstringend  -  aderregeneratie++   -   antidoot  -    antieptisch -  artherosclerose++  -    carminatief  -  cellulitis+++ -    diuretisch  -   lymfetonisch+++  -   vetoplossend++ -     wondhelend  -  zweetdrijvend.
In India voor de behandeling van tuberculose.

Contra indicatie:
Baby’s, kinderen, zwangere vrouwen, neurotoxisch, abortief.

Veiligheid: MSDS
Cas no.: 8000-27-9. Vlampunt 212 Fahrenheit. Soortelijk gewicht 0.930-0.988.
Xi-Xn-N: irritant voor ogen en huid; schadelijk bij ingestie; niet in het milieu afvloeien: grondwater, water, grond. Oogcontact: 15 minuten spoelen met overvloedig water, evenals de huid. Bij ingestie de mond spoelen en een arts waarschuwen. Verwerken met beschermende kleding.
Oplosbaar in alcohol, vette olie, niet in water.

Bron:  foridata.com Cedrus deodara.

      
©®Copyright en registratie notaris. André Gielen. Lith 2001 – maart 2007.